woensdag, september 20, 2006

Latidos de pánico *

Regie: Paul Naschy (1983)

Dit was mijn eerste Paul Naschy film, maar wat een vreselijke troep is dit. Ik kan veel hebben op het gebied van lowbudget Euro horror, maar dan moet het of sfeer of veel gore hebben. Welnu, sfeer heeft deze film al helemaal niet en gore ook niet al te veel. Wel wat, maar gewoon te weinig. Het was boven alles gewoon ontzettend saai. Mondo Macabro belooft altijd ‘the wildside of world cinema’ en doorgaans leveren ze dat ook, maar hier helaas niet.

Labels:

Charley Varrick ****

Regie: Don Siegel (1973)

Walter Matthau geeft een uitstekende performance als Charley Varrick, een kleine dief die per ongeluk geld van de maffia steelt en allerlei gespuis achter zich aan krijgt. Het is een standaard verhaal dat echter ruimschoots boven de middelmaat uitsteekt dankzij de prima acteerprestaties en de uitstekende regie van actie maestro Don Siegel (Dirty Harry, The Killers): met zijn kenmerkende vele shots die de actie vanuit veel verschillende standpunten tonen weet hij de actiescènes een zeer prettige dynamiek te geven en bewijst hij maar weer eens waarom hij een van de grote auteurs was binnen de actiecinema. Daarnaast weet hij de reguliere scènes gelukkig ook te injecteren met een fikse dosis creativiteit, zoals bijvoorbeeld de mooi gefilmde conversatie bij het hek met de koeien en de politieomsingeling die begint met een pak melk. Vermaak met een vleugje kunstzinnigheid dus.

Labels:

An American Werewolf in London ****

Regie: John Landis (1981)

Het was erg lang geleden dat ik deze film gezien had, dus het was weer eens leuk om te zien. Niet voor niets een cultfavoriet waarbij de transformatiescène dankzij Rick Baker nog altijd leuk is om te zien. En het blijft natuurlijk een John Landis film, dus er is weer sullige humor aanwezig, wat het allemaal prima verteerbaar maakt.

dinsdag, september 19, 2006

The Postman Always Rings Twice *****

Regie: Tay Garnett (1946)

John Garfield en Lana Turner zijn in deze eerste verfilming het verliefde stel dat probeert de echtgenoot uit de weg te ruimen. Ik heb de Nicholson/Lange remake in geen tijden meer gezien dus echt vergelijken kan ik niet (hoewel ik me kon herinneren dat die remake behoorlijk veel seks bevatte, iets wat hier uiteraard niet kon), maar ik weet wel dat deze film een ijzersterke is. Het scenario is heerlijk complex en vol met onderhuidse spanning en regisseur Tay Garnett geeft de film die prettige klassieke studioregie. John Garfield deed mij hier wederom aan Gene Kelly denken en Lana Turner is…nu ja… gewoon Lana Turner. ‘The Postman Always Rings Twice’ is zonder twijfel een van de beste film noirs die ik ooit gezien heb.

Labels:

Ice Age ****1/2

Regie: Chris Wedge (2002)

Na alle ellendige animatie waarop we de laatste tijd getrakteerd zijn, is het erg verfrissend om weer eens een creatieve en grappige animatiefilm te zien. Er zijn voldoende grappige momenten en karakters om dit een erg prettige kijkervaring te laten zijn. Er moet wel gezegd dat het verhaal aan de magere kant en de film nogal kort is, maar hij is tenminste grappig. En dat is al heel wat.

Le Plaisir ***

Regie: Max Ophüls (1952)

Toen ik Max Ophüls’s briljante meesterwerk ‘Letter from an Unknown Woman’ zag, schoot die film meteen door tot mijn top 20 aller tijden, maar zijn film ‘Le Plaisir’ is niet direct eenzelfde lot beschoren. De film is een verzameling van drie verhalen van Guy de Maupassant, verhalen die me eigenlijk maar matig konden boeien. Uiteraard zijn de gracieuze camerabewegingen waar Ophüls om bekend staat hier weer in overvloed aanwezig, evenals de prachtige kostuums en decors (Kubrick’s ‘Barry Lyndon’ is praktisch een grote ode aan Ophüls), maar ik miste hier de directe relatie tussen stijl en inhoud en ‘Le Plaisir’ is wat mij betreft dus minor Ophüls.

Labels:

Yankee Doodle Dandy ****

Regie: Michael Curtiz (1942)

Regisseur Michael Curtiz (Casablanca) leverde deze klassiek geworden biopic omtrent het leven van vaudeville artiest George Cohan af. James Cagney speelt de hoofdrol en draagt werkelijk volledig alleen de complete film, iets wat de veelzijdige Cagney wel is toevertrouwd uiteraard. Er is duidelijk veel improvisatie van Cagney in de film: steeds kleine opmerkingen die niet in het oorspronkelijke scenario stonden, maar die Cagney met goedkeuring van Curtiz spontaan aan de dialoog toevoegde, wat geheel allemaal wat spannender maakte. Toch vond ik het verder allemaal nogal braafjes en overdreven geromantiseerd, iets waar Curtiz wel vaker last van had. Het ultieme meesterwerk zie ik er dan ook niet in, maar een vermakelijk muzikaal drama is het zeker.

Labels:

The Twilight Zone Season 1 *****

Over een vrij lange periode heb ik me door de eerste zeven afleveringen ‘geworsteld’ van de beroemde oorspronkelijke serie van Rod Serling en het was nogal genieten geblazen. Vooral de eerste aflevering waarin een man door een compleet verlaten stad loopt, een aflevering waarin een verkoper een spel speelt met de Dood en een aflevering waarin een hypochonder onsterfelijkheid van de Duivel krijgt en zelfs dat hem begint te vervelen zijn zeer de moeite waard. De mooiste echter is natuurlijk de aflevering geregisseerd door Mitchell Leisen, een regisseur die tegenwoordig zo goed als vergeten is, maar door auteuristen vaak bestempeld wordt als een betere regisseur dan Billy Wilder en Preston Sturges (van wie Leisen scenario’s verfilmd heeft). Ida Lupino speelt hierin een vergeten ster die zichzelf opsluit met haar oude succesfilms, totdat ze letterlijk in haar eigen films verdwijnt, allemaal een mooie variant op ‘Sunset Blvrd’ uiteraard. Het smaakt naar meer.

maandag, september 18, 2006

Zwartboek ****1/2

Regie: Paul Verhoeven (2006)

Gelukkig is alle aandacht voor deze film meer dan terecht. Verhoeven en Soeteman doen zo goed als geen concessies en het verhaal is opmerkelijk grimmig en realistisch bij vlagen, terwijl dat niets afdoet aan de kijkbaarheid van de film. Uiteraard is er de nodige seks en geweld, maar ik vond dat Verhoeven zich ingehouden had op dit punt; de film had het ook gewoon niet nodig. Alle lof die Verhoeven over Carice van Houten heeft uitgestort is zeer begrijpelijk, want zij draagt de film bijna volledig in haar eentje, hoewel ze geholpen wordt door de andere acteurs, die vrijwel over de gehele linie uitstekend zijn. De film duurt misschien wat lang en kent wat schoonheidsfoutjes, maar is verder een aangrijpende en indrukwekkende oorlogsfilm geworden. Aanvankelijk had ik zo mijn bedenkingen bij de structuur van de film, maar na het zien van het indrukwekkende einde begreep ik waarom dat noodzakelijk was. Zeer sterk.

Labels:

C.R.A.Z.Y. ****1/2

Regie: Jean-Marc Vallée (2005)

Deze Canadese film is dan weer een meer dan puik coming-of-age drama waarin een jongen in een gezin van vijf zonen worstelt met zijn seksuele geaardheid en alle problemen die daarmee komen kijken. Een dergelijk verhaal is natuurlijk al vele malen eerder verteld en het is dan ook niets nieuws onder de zon, maar buiten dat doet deze film vrijwel alles goed: de hoofdkarakters zijn allemaal goed uitgewerkt en vertolkt (waarbij ik vooral de vader figuur er bovenuit vond steken), de situaties herkenbaar en menselijk en de sfeer is lekker nostalgisch met bijpassende soundtrack. De film kent enkele dramatisch aangezette momenten die echter nergens over de kop gaan, omdat ze sowieso redelijk spaarzaam zijn, maar tegelijkertijd ook vrijwel altijd wel met een knipoog gebracht worden. Gewoon gaan zien dit.

Labels:

Brick **1/2

Regie: Rian Johnson (2005)

Doorgaans als een film door een hype wordt omgeven dan is de film dat bij lange na niet waard en ‘Brick’ vormt hier geen uitzondering op. Een update van de film noir zegt men dan, nou ja, het zal wel. Buiten het feit dat ik het noir gehalte nogal vond meevallen is het ook gewoon een oninteressante update dan. De wereld van ‘Brick’ wordt bevolkt door een stel Donald Duck figuren die de Playmobil fase nog niet eens ontgroeid zijn, maar dit proberen te verbloemen door zo stoer of volwassen mogelijk te kijken. Vooral iedere scène rondom het karakter Thug was te lachwekkend voor woorden. Zelfs een verder fantastisch acteurtje als Joseph Gordon-Levitt is hier volledig niet op zijn plaats. ‘Brick’ is niets meer dan gebakken lucht en zelfs de muziek van The Velvet Underground aan het einde kan daar niets aan veranderen.

Labels:

zondag, september 17, 2006

Bad Blonde **

Regie: Reginald Le Borg (1953)

De befaamde Britse Hammer studio’s maakten niet alleen horrorfilms, maar ook een hele serie lowbudget film noirs en deze is mijn eerste van het stel. Het is echter allemaal maar zo zo. De plot is een soort van losse bewerking van ‘The Postman Always Rings Twice’ (waar ik het origineel ook maar eens dringend van moet zien), maar het komt allemaal nergens los. Het is op zich allemaal prima gemaakt (daar schort het bij Hammer zelden aan), maar het is tegelijkertijd ook nogal saai. Erg saai eigenlijk.

Labels: ,

Teenage Monster *

Regie: Jacques R. Marquette (1958)

Dat een drive-in film stompzinnig en slecht is weet je van tevoren. Het kan dan altijd nog leuk worden als het echt ontzettend slecht of creatief slecht wordt. ‘Teenage Monster’ is dat helaas niet, het is gewoon hoofdzakelijk saai. Het is een soort van horror/science fiction Western die nergens interessant is eigenlijk. Er zijn niet eens slechte special effects…

Labels:

donderdag, september 14, 2006

Scarface ****1/2


Regie: Howard Hawks (1932)

Het was van tevoren te verwachten dat de oorspronkelijke ‘Scarface’ een stuk beter zou zijn dan die zwaar overschatte De Palma versie, waarvan ik het appeal nooit zo begrepen heb. Paul Muni is alvast aanzienlijk minder maniakaal dan Pacino en daardoor voor mij ook een stuk bevattelijker. Daarnaast is deze film een vurig pleidooi tegen maffiapraktijken, terwijl De Palma/Stone met hun (ironische?) verheerlijking volledig hun doel voorbij schieten. Wat mij het meest beviel aan deze versie was de economie waarmee Ben Hecht zijn scenario construeerde en Howard Hawks het geheel in beeld bracht: in anderhalf uur tijd is alles geknipt en geschoren. De film is duidelijk nog voor de Hays Code gemaakt, want de fikse hoeveelheid geweld en de seksuele ondertoon die de film kent, haden een paar jaar later onmogelijk geweest. En het is altijd prettig om Boris Karloff een potje te zien bowlen. Toch deed de film me minder dan ik gehoopt/verwacht had, ik kreeg niet de buzz die Hawks me met andere films wel wist te geven. Wellicht dat herhaaldelijke kijkbeurten dit nog kunnen bewerkstelligen.

Labels:

woensdag, september 13, 2006

Layer Cake ***

Regie: Matthew Vaughn (2004)

Ik ben niet zo’n liefhebber van die Britse gangstertoestanden, maar zonder die überhipheid en flashy visuals van Guy Ritchie blijkt het ineens allemaal prima te pruimen. De hoofdrol wordt vertolkt door Daniel Craig, die veel controverse deed opwaaien toen hij gekozen werd als de nieuwe James Bond en ik moet toegeven maar moeite te hebben om hem als Bond in te denken. Maar er was hier ook Michael Gambon, hoera.

Gwai wik **


Regie: Pang Brothers (2006)

Deze Aziatische film werd me aanbevolen door iemand wiens mening ik altijd erg respecteer en op wiens adviezen ik doorgaans ook blind kan afgaan. Maar niet altijd dus blijkens deze film. Dit werd me beloofd:

MEESTERWERK.

Het eerste wat in me opkomt is dat buiten het dunne plotje dit een klapper is van jewelste met name door de steengoede muziek die compleet synchroon loopt met de film. Spannend en dus boeiend. Ik heb mijn ogen niet van het scherm af kunnen houden. Tuurlijk heeft de film ook wat minpuntjes zoals bv bij sommige scenes een gebrek aan logica/verklaringen maar dat hebben de Italiaanse horrorclassics ook en daar hoor je ook niemand over.

Hoofdrol in deze film wordt opgeeist door de art-direction die werkelijk schitterend is. Dat critici de film waardeloos vinden bewijst maar weer eens wat zij werkelijk van films weten. Geen ene rotmoer.

"Looks too much like a videogame!"


En meer van dat soort uitspraken doet mijn bloed stollen. Wat wel waar is, is dat de film vooral in de 2e helft zwaar leunt op special effects, maar deze staan allemaal in het belang van het verhaal, de special effects voor de film dus en niet andersom.

Omdat ik toch een glimp van de film wil verklappen: Een mix van ALICE IN WONDERLAND, STALKER en CARNIVAL OF SOULS en dit allemaal in een horrorsausje van 2001: A SPACE ODYSSEY vs THE NEVERENDING STORY
Aanrader voor iedereen en zowaar kon ik de morele boodschap deze x wel waarderen


Nou, nee dus. Het eerste half uur is nog best te pruimen, met enkele van die typische Aziatische enge scènes. Maar dan begint er een in mijn ogen lang niet altijd even mooi CGI feestje wat me maar matig kon boeien. Aanvankelijk ging het allemaal wel, maar na een poos kreeg ik dat ‘Lord of the Rings’ gevoel: oh kijk, weer een ontzettend creatief verzonnen wereldje met daarin een of ander apart wezen en dat bleef zich maar herhalen. Ik zal de blasfemie voor het noemen van ‘Stalker’, ‘2001’ en ‘Carnival of Souls’ in een adem met deze film nog laten voor wat het is, verder vond ik het een stompzinnige kruising van ‘The Neverending Story’ en ‘Silent Hill’. De muziek was aardig, maar ontzettend op effectbejag gericht en verder vond ik het enkel een onzinnige en op den duur vervelend wordende aaneenschakeling van speciale effecten die niet in dienst van het verhaal stonden, maar het hele verhaal vormden. Brrr....

dinsdag, september 12, 2006

The Sentinel ***


Regie: Clark Johnson (2006)

Niet heel bijzonder, maar ook allemaal niet vervelend. Het is een soort van samenzwering thriller waarin Michael Douglas beschuldigd wordt van hoogverraard. Of zoiets. Kiefer Sutherland speelt nu een soort van tegenovergestelde rol als zijn rol in de terecht geprezen serie '24' en Michael Douglas is altijd een pre. En zelfs Kim Basinger is te pruimen. Een vakkundig gemaakt thrillertje.

Miami Vice ****

Regie: Michael Mann (2006)

Miami Vice (Mann, 2006). Ik ben er nog niet helemaal aan uit. Michael Mann is visueel hier op zijn allerbest, maar ik denk dat ik het uiteindelijk een beetje style over substance vond. Aan de andere kant: als die stijl dan zo mooi is, maakt mij dat ook geen reet uit.

Ik hoop er later nog op terug te komen.

Italiaanse gialli

La Morte cammina con i tacchi alti AKA Death Walks on High Heels ***
Regie: Luciano Ercoli (1971)

Ik ken weinig genres die zo steevast dezelfde ingrediënten bevatten en dezelfde regels volgen en toch er altijd in slagen zo amusant te zijn, als de Italiaanse giallo. Ook deze film bevat weer sleazy seks, stijlvolle locaties, die heerlijk lullige lounge muziek en een plot waar geen touw aan vast te knopen is en dat alle kanten op schiet. Wederom een kwestie van ‘been there, done that’, maar als latenight entertainment is dit o zo vermakelijk. Er is zelfs humor in deze.

La Morte accarezza a mezzanotte AKA Death Walks at Midnight ***
Regie: Luciano Ercoli (1972)

Weer een prima giallo van Luciano Ercoli met de bekende ingrediënten. Ook hier opvallend veel humor (maar gelukkig niet te veel) en enkele foute zonnebrillen. Ik miste wel wat sleazy seks, maar verder weinig mis mee.

La Dama rossa uccide sette volte AKA The Red Queen Kills 7 Times **1/2
Regie: Emilio Miraglia (1972)

Hmmm, misschien was ik er gewoon niet voor in de stemming, maar ik vond deze Miraglia giallo nogal tegenvallen. Ik miste vooral de uitzinnigheid van ‘The Night Evelyn Came out of the Grave’, een film waarmee deze nogal veel parallellen vertoont. Vervelend is het allemaal niet, maar echt warm kon ik er ook niet van worden. Een dikke pluim moet echter gegeven aan de knakker die de decors ontworpen heeft, want iemand die een interieur als dit kan ontwerpen is een steekje aan los.

Labels:

Lady in the Water **

Regie: M Night Shyamalan (2006)

Ik ben nooit echt een fan geweest van M Night Shyamalan en zijn laatste ‘huzarenstukje’ zal daar geen verandering in brengen, want het is inderdaad gewoon geen goede film. Zo slecht als sommige mensen wilden doen geloven is ie ook weer niet, ook al ontspoort de film naar het einde toe compleet en wordt het geheel (vermoedelijk onbedoeld) nogal lachwekkend. De film lijdt net als vrijwel al zijn andere films aan hetzelfde complex: de film bouwt op naar iets wat nooit bevredigend uitgewerkt kan worden. M weet altijd weer met verhalen op de proppen te komen die dermate ambitieus zijn dat ze gewoon geen fatsoenlijk einde kunnen krijgen, althans niet zonder in het belachelijke te treden. Probleem met ‘Lady in the Water’ is ook nog eens dat er niet echt opgebouwd wordt naar iets, het is eigenlijk op voorhand al een zweverig en kinderhorror gebeuren wat niet anders kan dan bespottelijk eindigen. De humor die hier nogal vaak aanwezig is, maakte het er ook niet echt beter op, want het is allemaal net niet: niet grappig, niet spannend en niet serieus en allemaal toch ook weer een beetje wel.

Grootste pluspunt is ook meteen iets waar M Night Shyamalan niets mee te maken heeft gehad, want hoewel hij zichzelf vrolijk crediteert als regisseur, heeft de beste man niets maar dan ook werkelijk niets met de regie van doen gehad. Ieder shot, iedere visualisering is namelijk overduidelijk van de hand van cameraman Christopher Doyle. De gekantelde camerastandpunten, de wijze waarop karakters aan de zijkanten van het kader geplaatst worden, de manier waarop personages het kader in en uit lopen, de extreme close-ups etc. etc. het is allemaal vintage Doyle en heeft niets Shyamalan’s in zich. Daardoor is de film op visueel vlak ontzettend te pruimen. Het is echter verhaaltechnisch totaal oninteressant en M bewijst voor mij maar weer eens een van de meest overschatte figuren van de laatste jaren te zijn. Het is altijd net niet.

Labels:

zaterdag, september 09, 2006

La Nuit des traquées ***

Regie: Jean Rollin (1980)

En verhip, een Jean Rollin film zonder vampiers, de wonderen zijn de wereld nog niet uit! De DVD sprak van ‘bizarre, even for Rollin standards’ en daar hebben ze een punt, ook al is de film nog een stukje taart om te volgen in vergelijking met ‘Viol du Vampire’. Het gaat in deze film om een groep mensen die hun herinneringen kwijt geraakt lijken te zijn en daarom in een soort van mentaal instituut zitten. Het superlage budget speelt Rollin hier zeer in de kaart, want omdat filmen in een echt gekkenhuis vermoedelijk te duur was, werd geopteerd om het geheel te situeren in enkele leegstaande kamers van een groot flatgebouw. Resultaat is dus dat je in een soort van Playtime-achtige setting mensen verdwaasd ziet ronddolen in hoofdzakelijk ongemeubileerde kamers, wat een zeer vervreemdend effect tot gevolg heeft. Daarnaast spookten tijdens het kijken Cronenberg’s ‘Shivers’ en Godard’s ‘Alphaville’ door het hoofd, maar dat kan aan mij gelegen hebben. De acteurs bestonden uit amateurs en wat figuren uit de porno-industrie en er zijn dan ook twee seksscènes waar toch wel zeer uitgebreid de tijd voor genomen wordt. Rollin heeft het nooit moeten hebben van een waterdicht scenario of subliem geconstrueerd tempo en ook hier gebeurt alles maar zo zonder enige motivatie en val je van de ene verbazing in de andere, altijd een charme van een Rollin film. Verder valt of staat een interessante Rollin met enkele zeer gedenkwaardige momenten of scènes en die zijn hier ook aanwezig, zij het wellicht wat spaarzaam. ‘Night of the Hunted’, zoals de film in het Engel heet, is geen goede film (maar Rollin heeft waarschijnlijk nog nooit een ‘goede’ film gemaakt in zijn hele carrière), maar het is zonder meer een typische unieke Rollin ervaring. Het laatste shot was er weer zo een die me nog lang zal bijblijven. Bizar ventje, die Jean Rollin.

Labels:

donderdag, september 07, 2006

Speaking Parts ***

Regie: Atom Egoyan (1989)

Een wederom typische vroege Atom Egoyan: geen onberispelijke film, maar interessant als altijd. Egoyan hanteert ook hier zijn emotioneel-afstandelijke stijl als geen ander en hij weet het verhaal wederom op mysterieuze wijze op te bouwen, de kijker daarbij vaak in het duister latend, terwijl uiteindelijk alles weer netjes op zijn plaats valt. Zijn immer terugkerende obsessies van problematische seksualiteit en ingewikkelde en afgezonderde personen die in hun geïsoleerde wereld langzaam de greep op de werkelijkheid beginnen te verliezen, zijn hier weer volop aanwezig en ‘Speaking Parts’ is daarmee een zeer interessante film voor Egoyan adepten; anderen kunnen beter met een van zijn latere, beter uitgewerkte films beginnen.

Labels:

She's Gotta Have it ***1/2

Regie: Spike Lee (1986)

Prima debuutfilm van Spike Lee waarin de invloed van de Nouvelle Vague erg duidelijk voelbaar is in de zelfbewustheid en de karakters die rechtstreeks in de camera praten. Hoewel de visuele brille van een ‘Do the Right Thing’ nog niet gehaald wordt, komt Lee op de proppen met enkele prettige visuele vondsten en tevens weet hij ook zijn kenmerkende combinatie van experiment en toegankelijkheid te brengen. Het geheel bestaat uit liefdevolle en scherpe karakterobservaties, wat het geheel een luchtig sfeertje geeft. Het politieke engagement is hier nog nauwelijks aanwezig en het is zeker geen meesterwerk, maar het is zeker wel een prettige komedie waarin de grootse dingen die zouden volgen hun oorsprong vinden.

Labels:

Odd Man Out ****1/2

Regie: Carol Reed (1947)

Carol Reed’s ‘Odd Man Out’ wordt vaak genoemd als de beste Britse film aller tijden, niet bepaald een misselijke accolade, maar het is dan ook een exceptionele film. Het feit dat een simpel verhaal (gewonde terrorist slaat op de vlucht en probeert te overleven) kan worden omgezet tot iets groots is al een teken aan de wand natuurlijk. Reed en zijn vaste cameraman Robert Krasker gebruiken hier voor het eerst hun typische sfeervolle Expressionistische belichting en cameravoering, welke ze ook in volgende films ‘The Fallen Idol’ en ‘The Third Man’ met groot succes zouden inzetten. Hier worden de besneeuwde straten van Belfast het prachtige decor waartegen het verhaal verteld wordt. James Mason (die knakker uit ‘Lolita’) weet het te presteren om zijn karakter een waardigheid te geven en weet de kijker mee te laten leven met een karakter wat uiteindelijk gewoon een terrorist is (het zou interessant zijn om de film in deze tijd te maken, maar dan met een moslim terrorist).

Is ‘Odd Man Out’ de beste Britse film ooit? Ach, ik weet het niet, dat zullen meerdere kijkbeurten sowieso moeten uitwijzen. Dat het een absolute must-see film is, staat echter buiten kijf.

Labels:

woensdag, september 06, 2006

Volver ****1/2

Regie: Pedro Almodóvar (2006)

Ik had veel verwacht van deze en kreeg uiteindelijk vrijwel alles wat ik verwachtte. In het begin bekroop me echter een naar gevoel van onbehagen, omdat ik geen idee had waar de film nu precies heen wilde en het geheel leeg aanvoelde. Naarmate de film vorderde kreeg ik gelukkig in de gaten dat het juist helemaal in de opbouw van de film paste. De groteske uitzinnigheid die Almodóvar in het verleden zo vaak tentoonspreidde is hier zo goed als afwezig, ook al weet hij enkele malen zijn bizarre trekjes in kleine scènes of uitspattingen te verweven, maar op dergelijke kleine hints na is ‘Volver’ zijn meest volwassen en ingetogen film tot op heden. In het verleden verviel hij iets te vaak in onevenwichtigheid: bijzondere ideeën heeft ie altijd in overvloed gehad, maar te vaak wilde hij te veel van die ideeën in een film proppen, waardoor de balans zoek was en het geheel vaak rammelend aanvoelde. Ik ben zeker een groot liefhebber van zijn campy kant, maar de zelfverzekerdheid waarmee Almodóvar deze film opbouwt en tot zijn bijzondere conclusies stuwt, dwong groot respect af bij mij. Ik kreeg het gevoel alsof hij zichzelf nu eindelijk bewezen had voor de wereld en nu al zijn ervaring naar ‘Volver’ bracht, zonder die drang om zich steeds te moeten bewijzen. Nu is dit een koers die hij uiteraard al vanaf ‘Life Flesh’ ingezet had (iedere daaropvolgende film leek een stap voorwaarts) en die koers komt tot zijn voorlopige conclusie met ‘Volver’. Het enige minpunt dat ik zou kunnen verzinnen is dat de film voor Almodóvar begrippen visueel wat tam is, maar wellicht was dit een bewuste keuze, volledig in lijn zijnd met de rest van de ingetogen sfeer.

Daarnaast moet ik een speciaal woord besteden aan Penelope Cruz. Ik heb altijd een enorme schijthekel gehad aan deze pedante huilkut, maar in deze film was ze ineens op miraculeuze wijze getransformeerd tot een bloedmooi wijf dat kan acteren. Het zien van Penelope in deze film doet mij ineens sterk twijfelen aan mijn geaardheid… nou, dat misschien ook weet niet, maar you get the point. Ik moet nog helemaal bijkomen van ‘Volver’ en ik weet weer waarom Pedro Almodóvar een van mijn favoriete regisseurs van het moment is.

Labels:

dinsdag, september 05, 2006

Funeral Parade of Roses ****1/2

Regie: Toshio Matsumoto (1969)

Soms lijkt een film voor jou persoonlijk gemaakt. Wat krijg je als je tot onderwerp de gay subcultuur van Tokio neemt en dit weergeeft in een mengeling van Italiaans neorealisme, avant-garde film, documentaire, animatie, literatuur, politiek en muziek? ‘Funeral Parade of Roses’ dus, een hallucinerende mix van alle filmtechnieken denkbaar en een film die stilistisch duidelijk van grote invloed is geweest op Kubrick’s cartooneske ‘A Clockwork Orange’, maar dan nog enkele graadjes extremer, compleet met openlijk drugsgebruik en naaktscènes - zeker in 1969 nog behoorlijk radicaal. Er is wel een duidelijk narratief element aanwezig, maar dit wordt dermate versnipperd door allerhande zijsporen, dat het schier onmogelijk is om de film in een keer te bevatten; het is zelfs goed mogelijk dat de film nooit geheel te bevatten is, maar meerdere kijkbeurten zullen allerlei steeds terugkerende beelden en motieven zonder twijfel een duidelijkere plaats geven. Wat wel duidelijk is, is dat de film als enige doel heeft om alle mogelijke grenzen te overschrijden en taboes te doorbreken en het geheel is dan ook een merkwaardige mengeling van humor, tragiek, realiteit, fantasie en symboliek. De gemiddelde filmkijker krijgt hoofdwaarschijnlijk een knallende koppijn of schimmel onder de nagels van een film als deze, avontuurlijke mensen die geen lineair verhaal nodig hebben en open staan voor een geestverruimende en baanbrekende film, zullen hier echter een juweeltje in vinden.

Masters of Cinema is er wederom in geslaagd om een zeer bijzondere film in hun catalogus op te nemen en ze zijn langzaam maar zeker Criterion van de troon aan het stoten, zeker als het gaat om gedurfde releases. De kwaliteit van de releases is uiteraard weer van de hoogte plank, zoals we van ze gewend zijn. Beeld en geluid zijn uitstekend te noemen en extra's zijn legio: een 40 pagina's tellend boekje met de nodige achtergrondinformatie omtrent de Japanse New Wave, een verhelderend audiocommentaar van de regisseur (in het Japans met Engelse subs), plus nog een interview met de regisseur wat ik nog kijken moet. Een zeer dikke aanrader voor de avontuurlijken onder ons.

Labels: , ,

Louis Malle

Le Souffle au Coeur (1971) ****1/2

‘Murmur of the Heart’ was mijn eerste Louis Malle film en mijn god, wat een kennismaking! De film vertelt het verhaal van de 14-jarige Laurent (perfect gespeeld door Benoit Ferreux) die zijn ontwakende seksualiteit ontdekt. Het scenario en de dialogen van Malle stelen hier zonder meer de show, want Malle blijkt een uitgekiend oog te hebben voor de problemen en belevingswereld van opgroeiende tieners en hij creëert een wereld vol met interessante en innemende karakters. De film vermijdt alle platitudes en biedt een heerlijke frisse en herkenbare kijk op een wereld die voor volwassenen doorgaans maar moeilijk te begrijpen valt. Het mooiste is dat Malle zich nergens inhoudt en gewoon all the way gaat: hij sleurt zijn 14-jarige knulletje vrolijk een bordeel in, er is een swordfight tussen de broers, de pastoor krult zijn handen iets te gretig rondom de dijen van de knaap en het ventje doet dingen met zijn stiefmoeder die ik niet snel met een vrouw zal doen. Maar het knappe is dat dit nergens provocerend of geforceerd overkomt: Malle weet het zeer geloofwaardig en logisch te brengen zonder enige opsmuk en combineert zeer subtiele hints (zoals de onschuldige verliefdheid van het blonde knulletje op Laurent) met minder subtiele momenten, wat de film een prachtige balans geeft. De oogverblindende Lea Massari (wier bekendheid ik aanvankelijk niet precies kon thuisbrengen – later bleek dat ik ze uit ‘L’Avventura’ kende) verdient ook een speciale vermelding, evenals de heerlijke jazzsoundtrack van Charlie Parker en Dizzie Gillespie. ‘Le Souffle au Coeur’ is een heerlijk warme en fantastische film en voor een keer kan ik Criterion (die de film weer een prachtige behandeling gegeven hebben) gelijk geven: dit is inderdaad een van de beste coming-of-age films ooit gemaakt. Als de andere twee films uit de box ook maar een beetje zo goed als deze zijn, dan is het nu al een van de beste releases van het jaar.

Lacombe, Lucien (1974) ***1/2

Na de overweldigende ervaring van mijn eerste Louis Malle film (‘Murmur of the Heart’) viel ‘Lacombe Lucien’ enigszins tegen. Niet dat het een slechte film is, het is zelfs een meer dan goede film, maar het raakte mij gewoon niet zo als zijn voorganger. Ik denk wel dat meerdere kijkbeurten deze film enkel beter kunnen maken.


Au Revoirs les Enfants (1987) *****

Na het lichtelijk teleurstellende ‘Lacombe Lucien’ was deze film weer een schot in de roos, sterker nog de beste film uit de Criterion Malle box. Zoals alle films uit de box moet Malle het in deze film niet hebben van technische of visuele virtuositeit, maar ligt de kracht in zijn beangstigende vermogen om zich in te leven in de wereld van opgroeiende kinderen. Goed, het verhaal van twee knulletjes die tijdens de oorlog een vriendschap ontwikkelen was dan wel gebaseerd op zijn eigen jeugdherinneringen, Malle is als geen ander in staat om die gevoelens en beleving jaren later nog naar het scherm te transformeren. Het hoofdpersoontje heeft een even memorabele uitstraling als de jonge Jean-Pierre Leaud in Truffaut’s ‘Les 400 Coups’, waardoor een inleving zeer vergemakkelijkt wordt. Maar de algehele sfeer in deze film, het gebrek aan romantisering of overdadige dramatisering maken dit een van de beste coming-of-age films ooit gemaakt. En het verwoestende einde zal gegarandeerd iedereen met een beetje gevoel in zijn lijf naar de tissues doen grijpen. Die Louis Malle box van Criterion is met twee meesterwerkjes en een sterke film zonder meer een van de beste releases van het jaar. Niet te versmaden.


Ascenseur pour l'échafaud (1958) ****1/2

Er is al veel geschreven over deze heerlijke debuutfilm van Louis Malle en daarin worden alle sterke punten altijd al genoemd, dus ik doe dat niet nog een keer. Hoewel, de wijze waarop Jeanne Moreau onder de sfeervolle muziek van Miles Davis door de nachtelijke straten van Parijs schrijdt, moet ik even vermelden.

Ik begin Malle wel meer en meer te ontdekken als een regisseur naar mijn hart.


Atlantic City (1980) ****

En hoppa, weer een juweeltje van Louis Malle, ‘Atlantic City’, een film die zelfs de Gouden Leeuw in Venetië won wat op zich opmerkelijk is omdat het feitelijk een vrij mainstream komedie is maar wel een zeer sterke binnen het genre. Ik heb normaal gesproken helemaal niets met Burt Lancaster, maar hier vond ik hem zeer innemend en de altijd solide Susan Sarandon en Michel Piccoli behoren ook tot de uitstekende cast, welke allemaal zeer bijzondere karakters neerzetten. Daarnaast is de film typisch zo’n halve thriller die zichzelf nergens serieus neemt en allerlei genreconventies op de hak neemt en bevat het allerlei erg goede grappen. Een dikke aanrader als je op zoek bent naar een heerlijke komedie die net ietsje anders is dan gebruikelijk.

Labels:

Eric Rohmer

La Boulangère de Monceau (1963) **1/2

De eerste van de zes ‘Moral Tales’ van Eric Rohmer is een 20 minuten durende lowbudget toestand waarin hij vrijwel al zijn typische trekjes tentoon spreidt. Het was te kort om te vervelen en wellicht dat ik na het zien van het latere werk dit werkje kan waarderen.

La Carrière de Suzanne (1963) **

De tweede ‘Moral Tale’ is feitelijk een langere versie van de eerste, ditmaal krap een uur. En ik begon me direct stierlijk te vervelen. Wat iedereen altijd als de sterke kanten van Rohmer noemt, dat zijn voor mij meteen de meest oninteressante kanten: film blijft voor mij een visueel medium en Rohmer kan nog zoveel pleiten wat ie wil voor een Talking Cinema, maar dit is voor mij echt Pratende Hoofden. We blijven hopen dat de andere films mij nog over de streep gaan trekken wat betreft Rohmer, maar ik heb er een hard hoofd in.

Labels: ,

zaterdag, september 02, 2006

Dazed and Confused *****

Regie: Richard Linklater (1993)

‘Dazed and Confused’ was de laatste essentiële Richard Linklater film die ik nog zien moest en toen Criterion dus een dubbelaar van deze film op de markt bracht, had ik geen enkele redden meer om deze film niet te kijken. En het is wellicht in een klap mijn favoriete Linklater geworden en ik wil mezelf toch best bestempelen als een behoorlijke Linklater adept. Met een tijdsspanne van 24 uur, een perfecte soundtrack, zeer herkenbare stereotiepen (een compliment in dit geval), heerlijke dialogen en vooral dat onfeilbare gevoel dat Linklater altijd heeft voor de jeugdcultuur is deze film een meesterwerk. Linklater’s films zijn altijd een bijzondere combinatie van gevoel en verstand en deze vormt geen uitzondering: de film is puur een sfeerschets zonder aantoonbare inhoud, maar toch maakt de film tegelijkertijd indruk met de herkenbaarheid en treffendheid van de situaties/karakters. Daarnaast bevestigt Linklater met deze film zijn status als een van de belangrijkste auteurs van jeugdcultuurfilms, daarbij echter altijd de valkuilen van een John Hughes vermijdend en altijd een kinderlijke volwassenheid aan de dag leggend, om er maar eens een contradictio in terminis tegenaan te smijten. Hij is Kenneth Anger, Rainer Werner Fassbinder en Gus van Sant in één. Linklater is daarnaast altijd al de intellectuele wederhelft van Tarantino geweest en ook hier blaast hij Quentin weg als het gaat om dialoog en het regisseren van acteurs.

‘Slacker’ is zonder twijfel veel baanbrekender en vernieuwender, maar ‘Dazed and Confused’ scoort op het vlak van puur plezier en kijkbaarheid de hoogste cijfers. Een van de essentiële films van de jaren ’90. Ik moet er in ieder geval nog steeds van bijkomen.

Labels: