Persona *****
Regie: Ingmar Bergman (1966)
Ik zag ‘Fanny och Alexander’ onlangs weer en ondanks dat ik het nog steeds een sterke film vond, maakte hij toch een stuk minder indruk dan voorheen. Een van de redenen denk ik is dat mijn smaak sindsdien aanzienlijk veranderd is en ik het gevoel heb mijn gehele evaluatie van Bergman opnieuw te moeten maken. ‘Persona’ blijft vooralsnog van onverminderde kracht gelukkig en ik denk dat ik ook weet waarom ‘Persona’ voor mij wel recht overeind blijft en ‘Fanny och Alexander’ niet, namelijk het verschil in vertrekpunt van Bergman. Iedereen die zijn werk goed kent weet dat de cinema en het theater de twee belangrijkste pijlers voor Bergman’s kunst en waar hij in ‘Fanny’ vertrokken was vanuit zijn theatrale rol, daar is Bergman in ‘Persona’ puur film. Nu ben ik niet volledig gekant tegen het idee van film als verfilmd theater, maar ik vind het wel een manier van filmen die niet volledig gebruik maakt van de specifieke kwaliteiten die film heeft en die het medium zo uniek maken. ‘Persona’ is een film die alleen als film gemaakt had kunnen worden, dit is niet op het toneel over te brengen. Het is ook een film die zich bijzonder bewust als film presenteert en die de aandacht op zichzelf als film legt – halverwege komt de film zelfs letterlijk tot stilstand, verbrijzelt en verbrandt. ‘Persona’ is voor mij dan ook primair een film, geen verhaal, maar een film, een abstracte film. Alsof mensen nog niet begrepen hadden dat je dit hoofdzakelijk als abstracte film moet zien, duwt Bergman ons aan het begin al direct in die richting met die abstracte beeldensequentie, die voor mij de blauwdruk van de film vormt. Iedere mogelijke vorm van psychologische/symbolische interpretatie of vorm van verhaal is secundair aan de vorm van het geheel en je moet deze film dan op soortgelijke wijze benaderen als ware het een abstract schilderij, een moderne dansvoorstelling of een abstract muziekstuk: het gaat om vormen, lijnen, composities, bewegingen, textuur – films van figuren als Lynch, Altman, von Sternberg en Antonioni, om er een aantal te noemen, kunnen op vergelijkbare wijze benaderd worden. Dat de film ook nog inhoudelijk geïnterpreteerd kan worden (en het idee van overlappende persoonlijkheden zou erg invloedrijk blijken, het zou bijvoorbeeld van grote invloed zijn op een andere favoriet van me, Altman’s ‘3 Women’) is mooi meegenomen.
Labels: Ingmar Bergman