Stephen Dwoskin (2)
Experimenteel filmmakers Stephen Dwoskin zei al in 1981 nog voor de doorbraak van video dat zijn films meer geschikt zijn om thuis alleen te bekijken dan in een bioscoop, omdat hij mensen afzonderlijk aanspreekt. Daar heeft hij ook gelijk in, want hij maakt hoogst persoonlijke films, films waarmee je alleen wilt zijn. In deze film onderzoekt Dwoskin het fenomeen pijn en wat pijn is. Hij toont het in zijn vele verschijningsvormen, zowel fysiek als mentaal en doet dat middels interviews met mensen en toont eveneens letterlijk fysieke pijn. De film is echter nergens sensationeel of uitbuitend bedoeld, want net als Dwoskin zijn toeschouwers rechtstreeks aan lijkt te spreken, zo lijkt hij ook te voelen voor de mensen die hij voor zijn camera krijgt. Als een man verhaalt over de grote pijn die een geliefde van hem voelt en zegt dat hij die pijn het liefst wil overnemen en daarbij in tranen uitbarst, dan toont Dwoskin dit niet om het verdriet en de pijn van de man commercieel uit te buiten. Dwoskin voelt oprecht voor de man en ‘gebruikt’ hem enkel om een portret te maken van het gevoel dat iedereen van ons kent, dat iedereen meemaakt en dat in zoveel verschillende gedaantes kan opduiken. Dwoskin bestudeert altijd mensen en hier schetst hij als een soort socioloog een indrukwekkend en eerlijk portret van pijn, waarmee hij en passant ook nog eens de flinterdunne grens tussen documentaire en fictiefilm verbrijzelt: een documentaire moet immers altijd een onderwerp hebben nietwaar en kan iets ongrijpbaars als pijn nog een onderwerp zijn? Het is immers iets wat in de mens zit vastgebakken, wat niet losgemaakt kan worden. Het is ook altijd iets persoonlijks. En Dwoskin slaagt er glorieus in om het ook persoonlijk te laten en het toch te tonen in deze hoogst bijzondere en vaak aangrijpende film die simpele categorisatie ontwijkt.
Intoxicated by my illness (2001; 40 min.) **1/2
Een hoogst persoonlijke film van Dwoskin waarin hij min of meer de aandacht op zichzelf vestigt. Het enige wat je namelijk te zien krijgt zijn overlappende beelden van hemzelf die in een ziekenhuisbed ligt, mensen die hem bezoeken, beelden uit het ziekenhuis en wat andere zaken, vermoedelijk zaken waar hij van houdt. Van deze beelden heeft hij een soort collage gemaakt met begeleidende muziek daaronder. Het resultaat liet me met gemengde gevoelens achter: er waren momenten van oprechte emotie bij me, maar ook vaak vond ik het een beetje het midden houden tussen zelfverheerlijking of zelfmedelijden. Nu weet ik wel dankzij zijn andere werk dat dit niet de bedoeling geweest is van Dwoskin en dat hij een soort van universeel portret van ziekte wilde schetsen, maar hij slaagde daar voor mij niet zo in.
Labels: avant-garde, Stephen Dwoskin
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home