donderdag, september 18, 2008

Ta'm e guilass (Abbas Kiarostami, 1997) *****

Ik kan me de avond dat ik deze film voor het eerst zag nog herinneren als de dag van gisteren, omdat het een van de mooiste ervaringen van mijn leven was. De gehele tijd had ik dat onbeschrijflijke gevoel wat alleen de grootste creativiteit in me teweeg kan brengen en op het einde, ik durf het bijna niet te zeggen, wilde ik applaudisseren. Voor wie en waarom weet ik niet, maar ik was in opperste extase. Nou ja, ik weet natuurlijk wel waarom, om de simpele reden dat ik 95 minuten lang had zitten kijken naar een vrijwel perfect staaltje pure cinema, die ook nog eens een sterke dosis humanisme bevat – wat overigens het vaste recept van Kiarostami lijkt te zijn.

In filmtheoretische kringen is de filmtoeschouwer erg vaak vergeleken met een voyeur: hij gluurt in het donker naar momenten uit het leven van de filmpersonages, een leven waar hij als buitenstaander door het toedoen van het kijken onderdeel van wordt. Een van de hiermee meest geassocieerde filmtechnieken is het point of view shot (of subjectieve shot), waarin de kijker als het ware letterlijk door de ogen van een filmpersonage kijkt en zich daarmee vereenzelvigt met wat er op het scherm gebeurt, medeplichtig wordt. Er is geen regisseur die meer met deze concepten gewerkt heeft dan Alfred Hitchcock, die het tot in de puntjes uitgewerkt heeft en die het zelfs het expliciete onderwerp van zijn film maakte in ‘Rear Window’, een film die algemeen geïnterpreteerd is als een film over het kijken van film. Want waar Jimmy Stewart naar zijn buren zit te gluren, daar gluurt de kijker met hem mee en dankzij de vele point of view shots (een verdubbeling van het voyeurthema als het ware) wordt de kijker automatisch medeplichtig aan het voyeurisme van het personage van Stewart.

Kiarostami gaat eigenlijk verder op deze lijn middels zijn extreem constante visuele stijl waarin hij de gehele tijd dezelfde soort cameraposities en montagepatronen gebruikt. Als we enkel kijken naar de scènes waarin de hoofdpersoon in zijn auto rijdt en praat met iemand in de bijrijderstoel kun je begrijpen wat Kiarostami constant doet. Hij toont namelijk nooit de hoofdpersoon en zijn gesprekspartner in hetzelfde shot; in plaats daarvan gebruikt hij de gebruikelijke shot-reverse-shot techniek, met de bijzonderheid dat ieder shot binnen deze conversatie een point of view shot is. Allereerst bereikt Kiarostami hiermee dat hij de protagonist visueel constant geïsoleerd houdt, wat een rechtstreekse weerspiegeling is van zijn gemoedstoestand, maar anderzijds plaatst hij de kijker als het ware constant naast de personen in de auto, waarmee deze feitelijk de gesprekspartner wordt en de film een enorme intimiteit verkrijgt. Deze shots worden overigens enkel afgewisseld met een extreem long shot van de auto die door de bergen rijdt, waarmee het patroon van subjectieve shots onderbroken wordt en de reguliere, objectieve positie van de filmkijker gesymboliseerd wordt: net als Stewart in ‘Rear Window’ met zijn verrekijker zit te kijken naar levens waar hij eigenlijk niets mee te maken heeft daar zijn wij ook op afstand getuige van het lot van de hoofdpersoon. Vooral omdat Kiarostami vreselijk consequent is in zijn cameraposities en kadrering en constant wisselt tussen afstand en dichtbijheid krijgt de film dat bijzondere hypnotiserende ritme; het is echt een waar staaltje pure cinema. Daarom is het einde ook zo logisch, een einde wat bij de eerste kijkbeurt juist erg verwarrend en vreemd kan overkomen. [spoiler]Omdat Kiarostami de gehele film duidelijk maakt dat je naar film zit te kijken en constant speelt met filmtheoretische ideeën (die, ook al heeft de kijker geen kennis van dat soort zaken, wel op moeten vallen – de stijl legt zo de nadruk op zichzelf) is het zo logisch dat hij een soort metafilmische inbreuk doet en het mechanisme achter de film blootlegt. Als we het hebben over een film die vorm en inhoud op harmonieuze wijze samen brengt dan is ‘Taste of Cherry’ een schoolboekvoorbeeld, een esthetisch overweldigende film die bovendien ook nog een kloppend hart heeft: een magnifiek huwelijk van intellect en gevoel.

Labels: